Breek je een been, dan is het duidelijk wat je hebt. Gips erom en iedereen ziet: “Ai, een gebroken been.”
Maar als je een burn-out hebt, zit dat toch net even anders. Je kunt aan de buitenkant niet zien dat je wat mankeert. Onbegrip is dan ook vaak het gevolg en dat kan erg moeilijk zijn.
Eigenlijk denk ik dat er maar 3 mensen op deze aarde zijn die daadwerkelijk gezien hebben wat mijn burn-out inhield. Namelijk, mijn ouders en broertje. Enkele andere mensen hebben wel glimpen opgevangen, maar zullen zich niet voor kunnen stellen hoe erg de situatie eigenlijk was.
Voor hen was het een of ander vaag mysterie wat ik nou mankeerde. Gelukkig maar, kan ik zeggen! Maar ook erg moeilijk omdat ik niet het gevoel had dat mensen begrepen waar ik doorheen ging. Ze konden de ernst niet goed inschatten en gaven me daarmee het idee dat ik me maar aanstelde.
At home
Thuis kon ik me weer laten gaan, omdat thuis voor mij de enige plek was waar ik toe kon geven aan hoe ik me écht voelde. Niemand (behalve dus mijn ouders en broertje) kreeg mee hoe ik mezelf bij elkaar moest rapen om een uurtje weg te gaan. Hoe ik van te voren de hele dag mijn energie zoveel mogelijk opgespaard had om maar éven weg te kunnen. Sterker nog, in het uurtje dat ik dan weg was en de buitenwereld mij zag, leek het alsnog er niks met me aan de hand was. Ik kwam hooguit wat moeier en minder enthousiast over, maar ja zo erg is dat niet.
Dat ik vervolgens thuis snel weer veranderde in een hoopje ellende, dat wist niemand. Dat uurtje waar het van leek alsof er niks aan de hand was, kostte me ondenkbaar veel energie.
Niet laten kennen
Natuurlijk wilde ik me tegenover de buitenwereld niet laten kennen. Wat hebben mensen er nou aan als ik ergens ben en daar maar een beetje down zit te doen? Ik deed dan ook altijd mijn best om zo normaal mogelijk over te komen en deed de situatie beter voorkomen dan hij daadwerkelijk was. Vaak was het ook een feit dat als ik me ergens toe zette, ik ook wel weer even kort energie kreeg. Het was dus echt niet (áltijd) fake. De energie die dan voelde, maakte me oprecht vrolijk en ik was blij weer even wat te doen.
Vervolgens kreeg ik opmerkingen zoals: “Je ziet er helemaal niet moe uit joh”. “Wat heb je nou eigenlijk?” Of: “Ach, jij hoeft toch niks te doen”. Dat hakt er flink ik kan ik zeggen. Die mensen hadden geen flauw idee van de werkelijkheid.
Want zodra mijn kleine beetje energie op was, was het ook echt gedaan. Mijn ouders troffen me vervolgens aan zoals andere mensen mij nooit gezien hebben. Ik was meer dood dan levend. Als ik een grens over was gegaan was dat nog extra het geval.
Hysterisch kon ik worden. Maar ja, dat deel van mij kenden alleen zij.
Wat de buitenwereld niet zag
Zo voelde ik mij ook wanneer ik opstond na weer een slechte nacht: compleet gebroken, maar dan op een manier waar geen enkele kater tegenop kan. Huilend en boos, schreeuwend of in paniek. Dat zijn de dingen die de buitenwereld absoluut niet zag.
Dat geldt ook voor de paniekaanvallen die ik had en het rondje lopen waarbij ik eigenlijk na een kwartier niet meer kon. Om nog maar even niet te spreken over de ongelooflijke storm die zich in mijn hoofd afspeelde.
De Sharon die ogenschijnlijk niks leek te mankeren, zat in werkelijkheid dieper in de put dan wie dan ook zich kon voorstellen.
Met een simpele lach leek het misschien of er niks aan de hand was. Terwijl ik in werkelijkheid soms niet meer wist of ik er nog uit zou komen. Óf ik nog wel de kracht had, om te vechten. Eigenlijk verschool zich achter die lach de meest ongelukkige versie van mij.
Onbegrip
Ik weet zeker dat je mij alleen kunt begrijpen wanneer je dit zelf ook hebt meegemaakt. Dat is ook wel logisch. Maar het was voor mij wel erg frustrerend.
Lang heb ik me dan ook verscholen achter het feit “dat ik niet wist wat ik had”. Dikke onzin Sharon, natuurlijk weet je wel wat je hebt. Maar ik was bang voor onbegrip. Hoe kon ik iemand nou uitleggen dat ik op mijn 17e een burn-out had? Ik schaamde me er voor en dus deed ik maar alsof het er niet was. In feite liep ik daarmee eigenlijk weg voor de realiteit. Mensen dachten vast dat ik me aanstelde.
“Tegenwoordig pak ik het anders aan!
Waarom zou ik me schamen?”
Ik zeg dan ook gewoon tegen mensen waar het op staat: “IK HEB EEN BURN-OUT!” Dat is nou eenmaal hoe het zit!
Door opener te zijn naar mijn omgeving, merk ik dat er wel degelijk mensen zijn die begripvol met me omgaan. Per slot van rekening zijn er in Nederland meer dan 100.000 jongeren met een burn-out.
Natuurlijk blijft onbegrip ook bestaan, hoe vervelend het is ook is. Maar de meeste mensen zullen er pas echt achter komen wat een burn-out inhoudt, als ze het zelf (van dichtbij) hebben meegemaakt.
Tsja, een gebroken been is gewoon toch echt een stuk makkelijker.
Lees ook:
[…] Ik vind het heel herkenbaar wat Sharon verteld op haar blog: […]